Chello en de Macintosh

Internet via de kabel: diverse landelijke aanbieders doen hun best om ons van de voordelen te overtuigen. In Eindhoven en omgeving is UPC/Chello actief op dit gebied.

Bedenk eerst goed, of Internet via de kabel voor jou aantrekkelijk is. In de praktijk zullen vooral "zware" internetgebruikers voordeel hebben van Internet via de kabel. De (nog) hoge kosten per maand zullen voor anderen het grootste struikelblok zijn. Maar wie eens goed naar zijn telefoonrekening kijkt en daarbij in kan schatten, hoeveel van het totaalbedrag afkomstig is van internetgebruik, kan makkelijk een beslissing nemen.

Een alternatief voor "internet via de kabel" is ADSL: hierbij wordt geen gebruik gemaakt van de kabeltelevisie-aansluiting, maar van de telefoonaansluiting. Verder is er voor de gebruiker nauwelijks of geen verschil. Afhankelijk van de beschikbare aanbieders kunnen snelheid en prijs variëren, maar soms is ADSL duidelijk goedkoper.

De voordelen

- Onbeperkt internetgebruik tegen een vaste prijs: het grootste voordeel. De verbinding met het internet staat gewoon open zolang je je Mac aan hebt staan. Chello stelt vooralsnog geen beperking voor het aantal MB dataverkeer; sommige andere kabelproviders wel. Maar je weet dus van tevoren, dat internetgebruik je per maand bijvoorbeeld € 49,95 kost. Mensen die heel veel surfen en/of vaak inloggen om hun mail te checken, zijn vaak wel veel meer kwijt aan telefoonkosten.

Bovendien zijn er zijn tegenwoordig ook "starter"-abonnementen voor € 14,95, "easy" voor € 22,95 en voor de zeer zware gebruikers "chello extreme" voor € 59,95. Verschil is (hoofdzakelijk of alleen?) het aantal MB's dat u per maand mag "verwerken". Het is aan te raden eerst maar eens te beginnen met een "starter", "easy" of "light" abonnement; als u meer surft/mailt dan uw abonnement toestaat, krijgt u ongetwijfeld een berichtje. Omgekeerd zien wij het namelijk niet zo snel gebeuren dat iemand met een "Chello Extreme"-abonnement door Chello gebeld wordt dat hij maar een kwart gebruikt van waar hij voor betaalt...

- Je blijft bereikbaar per telefoon: Tijdens het internetten kan er gewoon gebeld worden, en je blijft bereikbaar.

- Sneller dan ISDN: Afhankelijk van de drukte (dus afhankelijk van het tijdstip) kan internetten via de kabel stukken sneller zijn dan via ISDN.

- Mail ophalen sneller: Als je gewend bent aan mailen per modem, gaat dit via de kabel veel sneller. Overigens is ISDN in dit opzicht ongeveer vergelijkbaar. Je kunt sneller contact maken met je mailserver.

De nadelen:

- Het bedrag per maand. Dat is nogal wat, al heeft Chello de drempel al fors verlaagd door "starter" en "light"-abonnementen. Maar zoals gezegd, wie veel surft en/of mailt en telefoonrekeningen van honderden euro's heeft, zal weinig moeite hebben om al dan niet te kiezen voor internet via de kabel.

• Minder ondersteuning voor het Macintosh-platform: Chello geeft aan, geen support voor Mac-gebruikers te kunnen bieden. In de praktijk valt het overigens nog wel mee; veel monteurs hebben toch wel eens een "aimekkie" aangesloten. Ook in de Chello-documentatie staan wel degelijk screenshots en instelgegevens voor Macintosh-gebruikers. Maar misschien zul je soms een beroep moeten doen op collega-Macgebruikers. Bovendien maakt het niet zo gek veel uit, of je een Mac of Windows-machine gebruikt. Alleen is de Mac vaak wat gemakkelijker...

• Je Mac is vast verbonden met het internet. Dit betekent natuurlijk een veiligheidsrisico; terwijl je bij een modem gerust kunt zijn zolang je modem uitstaat, ben je met Chello continu "on line". Hoewel Mac's over het algemeen aanzienlijk minder "veiligheidsproblemen" hebben als Windows, mag dat geen reden zijn om zorgeloos te worden. Het is daarom slim, gebruik te maken van beveiligingssoftware. Programma's die specifiek als "firewall" bedoeld zijn, zijn bijvoorbeeld NetBarrier, Doorstop, of Vicomsoft. Ook zgn. "routers" kunnen als firewall dienen. In Mac OS X "Panther" zit standaard al een firewall ingebouwd. Als u twijfelt of deze ingeschakeld is, controleer dat dan in de systeemvoorkeuren!

• Snelheid en betrouwbaarheid valt soms tegen. Net zoals bij een "gewone" internetprovider zijn er momenten dat de snelheid relatief laag is; noem het maar gewoon "spitsuur" of "file". Ook zal de snelheid teruglopen naarmate er meer Chello-aansluitingen in uw buurt zijn. En net als bij een gewone internetprovider zijn er ook wel eens momenten dat je gewoon niet op het internet kunt komen door technische problemen. In hoeverre Chello hier goed of slecht uitspringt, horen wij graag van u.

• Chello heeft liever niet dat u meer dan één computer aan de aansluiting hangt, en doet er dus alles aan om dat onmogelijk te maken. Zo wordt de verbinding via het MAC-adres gekoppeld aan de aansluiting, en om dit te omzeilen heeft u wat extra kennis van zaken nodig en zult u gebruik moeten maken van een speciale router. Heeft u hier geen zin in, dan is bijv. een Tiscali ADSL-abonnement een betere keus: daarop kunt u aansluiten wat u wilt.

Providers

Afhankelijk van je woonplaats krijg je te maken met een bepaalde provider. In Eindhoven en omgeving is dit Chello, van UPC; een kabel-provider die nationaal gezien tot de besten (of "minst slechten") behoort.

Je kunt je aanvraag indienen via de Chello-website, of anders telefonisch of via een bon. Als je lang niets hoort van je aanvraag, loont het de moeite eens te bellen: bij Chello raken wel eens zaken "kwijt"...

Hoe gaat het in zijn werk?

Je zult, als het goed is, al snel worden opgebeld om te bespreken hoe en wanneer de aansluiting gemaakt moet worden. Men vraagt dan naar de plaats waar de TV-aansluiting het huis binnenkomt, een stopcontact en de plaats waar de computer staat. Men wil natuurlijk ook weten wat voor soort computer je gebruikt.

Je kunt tegenwoordig kiezen voor een "doe-het-zelf-installatie", een "basisinstallatie" en een duurdere "volledige installatie". Omdat Chello sowieso geen Mac-ondersteuning biedt, heeft de "volledige installatie" dan niet zoveel zin. U bent goedkoper uit met de "basisinstallatie" of de "d-h-z-installatie", maar moet dan wel zelf ethernetkabel leggen van kabelmodem naar Mac, en de instellingen verzorgen (en bij de "d-h-z-installatie" moet u ook het kabelmodem installeren, want dan komt er helemaal geen monteur meer).

1. Allereerst kijkt hij naar de plek waar de kabel uw huis binnenkomt; in de meeste gevallen een wandcontactdoos met de twee aansluitingen voor radio en TV. Meestal zal hij deze verwisselen voor een "galvanisch gescheiden" exemplaar (voor de kenners: een TRAS 11/C). Soms heeft u meerdere dozen in huis, en is de zaak wat ingewikkelder. U moet dan wellicht zelf wat wijzigingen aanbrengen.

2. Hij zal kijken waar uw computer zich bevindt. In principe wil men het kabelmodem ergens neerzetten zo dicht mogelijk bij waar de kabel uw huis binnenkomt. Dit kabelmodem (een kunststof doosje van ongeveer 20 x 20 x 4 cm) wordt met een coax-kabel op de kabel aangesloten, en via een klein netadaptertje aan het lichtnet. Men gebruikt een klein splittertje om te zorgen dat uw TV ook nog kan worden aangesloten op de kabelaansluiting.

Soms heeft u meerdere kabelaansluitingen in huis (bijv. in slaap- of werkkamer). Als de afstand niet te groot is en de gebruikte kabelkwaliteit goed (dus duur, dik en stug!) kan het kabelmodem op één van de andere kabelaansluitdozen worden aangesloten. Dat zult u met de monteur moeten overleggen. In de meeste gevallen kiest men er toch voor, om het kabelmodem zo dicht mogelijk bij de eerste kabelaansluiting (dus waar de kabelaansluiting het huis binnenkomt) te installeren. Anders kan het, vroeg of laat, misgaan met de verbinding.

3. De afstand van het modem naar uw computer kan nu verder met UTP-kabel (unshielded twisted pair) kabel. Dit is 8-aderige kabel; de geschikte kabelkwaliteit wordt vaak "cat. 5" (spreek uit: ket-vijf) genoemd. Op de kabel staat dan meestal zoiets als "category 5 flex UTP 4x2". Als u bekend bent met 10-Base T Ethernet, kunt u deze kabels al; ze zijn aan beide zijden voorzien van zgn. RJ-45 stekkers - 8-polige transparant kunststof-plugjes zoals u die bij telefoons ook tegenkomt (maar dan vaak iets kleiner en 4- of 6-polig). De Chello-monteurs gebruiken overigens meestal 4-aderige UTP-kabel; die is dunner en flexibeler, en er worden toch maar 4 aders gebruikt.

4. De UTP-kabel moet nu aan uw computer aangesloten worden. Maar hoe? Dat verschilt per computer.

• Wat u nodig heeft, is een 10Base-T Ethernet-aansluiting. Dit ziet er uit als een rechthoekige aansluiting van 11 x 7 mm, met aan één zijde een inkeping. U heeft dus niets aan een BNC-Ethernetaansluiting (dit is een coax-aansluiting, een ronde connector).

• Veel (Windows-)PC's hebben geen Ethernet-aansluiting. Daarom heeft de monteur een PCI-Ethernetkaart bij zich. Deze kan in een PC worden geïnstalleerd. Hij heeft ook een CD-rom met de benodigde drivers en een boekje met installatie-instructies bij zich.

• Alle recente Macs hebben standaard Ethernet. Dan is het heel eenvoudig: de kabel vanaf het kabelmodem inpluggen, en u bent (bijna) klaar!

• Soms heeft uw (oudere) Mac wel een ethernet-aansluiting, maar in de vorm van een zgn. AAUI-aansluiting ("Apple Attachment Unit Interface"). U heeft dan nog een speciale adapter (Ethernet Transceiver) nodig van Apple of Asanté. Een AAUI-aansluiting is ongeveer 14 x 8 mm en D-vormig. Deze transceivers bestaan voor BNC/coax-kabel ("Thin") en voor UTP. U heeft dan dus een UTP-versie nodig.

• Hele antieke Macs hebben soms geen Ethernet-aansluiting. Er bestaan dan wel allerlei speciale Ethernet-kaarten, die bedoeld zijn voor bijvoorbeeld een NuBus-slot, een PCI-slot, een LC-slot of een PCMCIA-slot. Er zijn zelfs (dure!) adapters om van SCSI naar Ethernet te gaan. Er is altijd wel een oplossing om uw (oude) Mac te voorzien van Ethernet; of u het geld er voor over heeft, is aan u.

U kunt het beste eerst in de specificaties van uw computer nagaan, wat voor "slots" u nog vrij heeft. Kijk in de gebruiksaanwijzing van uw computer of raadpleeg MacTracker. Of ga naar uw dealer en vertel hem dat u op uw computer een UTP-Ethernetaansluiting wilt.

Heeft u een netwerk?

Het kan zijn, dat uw Mac al in een Ethernetwerk opgenomen is. Bijvoorbeeld als u een, twee of meer Ethernet-printers aanstuurt. Doorgaans gebruikt men dan een zgn. "hub", niet veel meer dan een klein kastje waar al de Ethernet-kabels bij elkaar komen. Voor minder dan € 45,-- kunt u zo'n "hubje" kopen, waar zeker 8 aansluitingen op zitten.

Overigens is het officieel verboden, Chello in een netwerk te gebruiken. U moet dan eigenlijk een Chello bedrijfscontract afsluiten, wat ongetwijfeld (afhankelijk van het aantal gebruikers) veel duurder zal zijn – Chello noemt nergens prijzen. Maar als u aannemelijk kunt maken, dat u de enige gebruiker op dit netwerk bent, hoeft het geen probleem te zijn. U kunt bijvoorbeeld een netwerk nodig hebben om uw (ethernet-)printers aan te sturen, of uw PowerBook (tijdelijk) aan te sluiten.

Als u de UTP-kabel van uw kabelmodem op een hub aan wilt sluiten, zijn er twee mogelijkheden. Vaak heeft zo'n hub een zgn. "uplink"-poort. Hoewel Chello zegt dat dit onmogelijk is, schijnt het mogelijk te zijn deze uplink-poort te gebruiken voor de Chello-kabel. U kunt ook één van de ondere poorten van uw hub gebruiken, maar u moet dan een zgn. crossover-kabel gebruiken. Dit is een wat afwijkende UTP-kabel. U kunt deze kopen, zelf maken (als u zo'n speciale dure UTP-tang heeft) of door de Chello-monteur laten maken.

...dus meerdere Macs op de kabel?

Via zo'n "hubje" lukt het sommige mensen ook, meerdere computers op het internet aan te sluiten. Maar in principe is dat niet toegestaan (u betaalt immers maar voor één aansluiting) en lukt het ook niet. U kunt dit "omzeilen" door gebruik te maken van een "router" (spreek uit: "rauter", hoewel sommigen ook van "roeter" spreken). Die bestaan zowel in de vorm van een klein kastje (ongeveer even groot als een modem of een hub, bijv. van de merken Farallon, Linksys, Intel, enz.), of ook in software-vorm (bijv. IPNetRouter).

Maar in principe kan Chello "zien", welke apparatuur er op het kabelmodem is aangesloten. Chello heeft zelfs invloed op de webpagina's die zijn klanten voor de neus krijgen: als u als Chello-abonnee http://www.chello.nl intoetst, krijgt u automatisch een pagina te zien met specifieke informatie voor Chello-abonnees, bijvoorbeeld over storingen (eigenlijk de pagina http://subscriber.chello.nl). Iemand die niet via Chello deze pagina bezoekt, krijgt een pagina te zien die vooral veel reclame bevat (en geen informatie over storingen enzo).

De technici van Chello kunnen zien welke apparatuur er aangesloten zit aan het kabelmodem via het zogenaamde "MAC-adres". Dat klinkt bekend in de oren - maar met Macs heeft het eigenlijk niets te maken. "MAC" staat voor "Media Access Control". Het MAC-adres wordt ook wel het "hardware-adres" genoemd, en is onder andere terug te vinden via Apple Systeemprofiel, een handig programmaatje dat op alle niet te oude Macs te vinden is onder het "Appeltje". U vindt het hardware-adres daar onder het hoofdstuk "Netwerkoverzicht".

Het MAC-adres of hardware-adres is een code die bestaat uit 6x2 letters/cijfers, gescheiden door punten, bijvoorbeeld 00.03.94.49.bc.a1. Een soort visitekaartje of vingerafdruk, eigenlijk. Chello geeft per aansluiting maar signaal door aan één hardware-adres. Maar een router kan als een soort doorgeefluik werken naar meerdere computers. Chello "spreekt" alleen met de router, en die speelt het signaal verder door naar de aangesloten computers - buiten het gezichtsveld van Chello...

Een router heeft dus ook een hardware-adres, en u moet er dus wel voor zorgen dat Chello dit hardware-adres kent, anders loopt het niet. Maar gelukkig kunt u het hardware-adres van een router vaak ook veranderen.

Tegenwoordig heeft Chello een soort "selfservice"-pagina in het leven geroepen, die te bereiken is via http://aps of via http://provisioning.upc.nl/. U krijgt deze pagina overigens alleen te zien als u Chello-abonnee bent en Chello uw hardware-adres niet herkent, anders wordt u automatisch doorgesluisd naar webadressen die er op lijken, zoals http://www.aps.com.

Op http://provisioning.upc.nl kunt u in principe zelf er voor zorgen, dat Chello uw computer of router herkent. U moet daarom eerst het serienummer van uw modem (dat achterop het modem staat) invullen, en ook de "locatiecode" (dat zijn de vier cijfers van uw postcode). Chello ziet dan het hardware-adres, en accepteert dit, na uw goedkeuren, als "uw visitekaartje". Naar het serienummer van uw modem vraagt men vooral omdat er nogal wat kabelmodems in het illegale circuit, dus van diefstal e.d., circuleren. Als u zo het hardware-adres van uw computer heeft "opgegeven", moet u ervoor zorgen dat de router hetzelfde adres heeft. U kunt dit normaliter instellen - raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw router. Misschien is het ook mogelijk, dat Chello het standaard-hardware-adres van uw router accepteert. Men vraagt u verder soms ook naar uw gebruikersnaam en wachtwoord.

Overigens kan het gebeuren, dat het adres "http://aps" niet werkt, of dat u door uw browser naar het adres http://www.aps.com wordt doorgelinkt. Dan kunt u ook het adres "172.29.11.36" (het vroegere adres "172.29.0.150" lijkt verouderd te zijn) proberen. (Zelfs als u deze pagina niet helemaal kunt zien omdat niet alle plaatjes goed laden, kunt u op die pagina op een knopje drukken dat de "Automatic Provisioning Service" oftewel APS in werking zet.

Een vervelend detail bij al dit gepruts is, dat u niet direct kunt zien of het succesvol is. Als u geen verbinding kunt krijgen, moet u de Mac uitzetten, een aantal uren wachten, dan uw Mac (en/of router) opnieuw aanzetten. Het IP-adres dat u toegewezen krijgt geeft u een indicatie. U kunt dit IP-adres zien via het regelpaneel TCP/IP, of nog gemakkelijker via de regelbalk-module "IP View" van Clarkwood Software . Als uw IP-adres begint met 169, betekent dat dat u geen "echt" IP-adres krijgt van Chello - het is een zogenaamd "intern" IP-adres. Als het IP-adres begint met 10, betekent dat dat u door de Chello DNS-servers niet herkent wordt

Een "cross-over"-ethernetkabel is in feite een gewone ethernetkabel met een wat gewijzigde pinbezetting.

Ethernetkabel heeft soms 8 draden (links), maar 4 kan ook (rechts). Een deel van de draden wordt namelijk niet gebruikt.

De tekening is gezien van de kant waar de contactjes zitten. Het "pinnetje" dat je moet indrukken zit dus aan de onderkant.

Meer gedetailleerde informatie over het zelf maken van Cat. 5 patchkabels is hier te vinden.

Airport en Chello

Het is ook mogelijk, rechtstreeks een Airport op het Chello kabelmodem aan te sluiten. Op die manier fungeert het Airport basisstation als 'router', en kunnen er verschillende Macs (of PC's!) gebruik maken van één aansluiting. Hoe gaat u te werk?

– Afhankelijk van uw type kabelmodem wordt óf de nieuwe hardware (uw Airport dus) automatisch herkend, óf u moet het MAC-adres (Ethernet-adres) melden bij UPC/Chello. Zodra UPC/Chello deze wijziging heeft doorgevoerd moet u modem en Airport uitzetten, ca. 30 seconden wachten, en dan het modem, en daarna de Airport, weer aanzetten.

– Als u gebruik maakt van Mac OS X (vanaf 10.2), kunt u het programma "Cocktail" (freeware) downloaden. Dit hulpprogramma kan verschillende functies vervullen, waaronder ook het MAC-adres van uw Mac vrijgeven. Uiteraard moet uw Mac dan wel aangesloten zijn aan het modem. Nadat u het MAC-adres heeft vrijgegeven, moet u de Ethernetkabel loshalen en aansluiten op uw Airport. Daarna kunt u naar http://prov.upc.nl gaan, en inloggen. U krijgt achtereenvolgens een aantal vragen, waaronder het MAC-adres van uw kabelmodem en het serienummer van het modem. Als u alle stappen doorlopen heeft, komt – als alles goedgaat – de verbinding tot stand.

Software

Als u de kabels goed aangesloten heeft, is het moment gekomen om in uw software te kijken naar uw instellingen. Kijk allereerst naar het regelpaneel "Appletalk". U moet daar "Verbind via Ethernet" instellen.

Via de knop "Info" kunt u het hardware-adres van uw Mac zien. U zult dit adres (6 maal 2 cijfers/letters, bijvoorbeeld "00.05.02.ee.79.6b", soms ook geschreven als 00 05 02 EE 79 6B) door moeten geven aan de Chello-monteur. Als u later een andere Mac koopt of een andere Mac aan wilt sluiten op Chello, zult u het nieuwe hardware-adres dus ook weer door moeten geven aan Chello.

Via de knop "Opties..." kunt u Appletalk actief of inactief maken. Uiteraard moet de zaak op "actief" staan.

Denk daarbij eerst even goed na: zelfs als u een Chello-aansluiting heeft, zult u ooit nog wel eens via een "gewone" provider moeten inbellen. Bijvoorbeeld bij Chello-storingen. Nu zijn er gelukkig voldoende gratis Internet-providers, die u kunnen helpen in geval van nood: freeler, zonnet, raketnet en hetnet zijn er een paar. Als u nog geen gratis internet-abonnement bij zo'n provider had, is het natuurlijk wel verstandig u hiervoor aan te melden vóórdat er problemen zijn!

Als u de TCP-instellingen van uw "gewone" provider wilt bewaren, lees dan even hoe dit moet. Anders bent u gedwongen elke keer uw TCP-instellingen opnieuw in te vullen, als u van Chello-verbinding naar "gewone" telefoon-verbinding overschakelt of omgekeerd.

In het regelpaneel TCP/IP stelt u (in "modus: normaal") "Verbind via Ethernet" in.

Bij "Configuratie" stelt u "Configureer via DHCP-server" in, en rechtsonder vult u het zoekdomein "chello.nl" in.

De andere instellingen (<afkomstig van server>) worden als er eenmaal een succesvolle verbinding is, automatisch ingevuld. U ziet dat overigens niet direct: u kunt het beste even uw browser opstarten en een willekeurige webpagina (die u niet pas geleden heeft bekeken, want dan kan-ie in uw "pagina cache-geheugen van uw browser zitten) oproepen. Als dat lukt, bent u "online". U ziet dan ook de Send- of Receive-ledjes op uw kabelmodem oplichten bij het verzenden van adressen en het ontvangen van webpagina's.

Het is handig (en mogelijk) om uw TCP/IP-configuratie te bewaren. Zo kunt u namelijk snel van instellingen wisselen, bijvoorbeeld als uw Chello-verbinding gestoord is en u via een (gratis?) provider in wilt bellen.

Het bewaren van zo'n configuratie gaat niet erg logisch of gebruikersvriendelijk. Er wordt namelijk pas gevraagd of u een configuratie wilt bewaren, als u een wijziging heeft aangebracht. De oude configuratie wordt dan overschreven.

Via "archief –> Configuraties..." of Appeltje-K kunt u wel configuraties dupliceren en hernoemen. U kunt dus in feite het beste de configuratie van uw "gewone" provider (hetnet, freeler, zonnet, enzovoorts) dupliceren en hernoemen tot "chello", en daarna de juiste Chello-instellingen invullen. Als u daarna het TCP-IP venster sluit en daarbij de wijzigingen bewaart, heeft u twee TCP/IP-configuraties, waartussen u heel snel kunt wisselen.

Algemeen